Football Manager

Uren kan ik besteden aan dit videospel. Tijdens slapeloze nachten, tijdens residenties, zelfs terwijl ik eten maak. Football Manager stelt me in staat om lichamen te observeren die zich door de ruimte bewegen, een structuur ontwikkelen rond een bewegend object, een verhouding zoeken tot een heldere omgeving. Die ruimte is in tweeën gedeeld: mijn kamp en dat van de tegenstander, doorsneden door een lijn in het midden. Lichamen positioneren zich in 3D terwijl ze verdedigen of de tegenstander aanvallen. Hun strategie wordt georkestreerd door de trainer, die controle heeft zonder ze te hebben.
Pep Guardiola bijvoorbeeld, trainer van Manchester City en bekend om zijn perfectionisme, splitst die ruimte niet in drieën met twee vleugels rond het centrum, maar in half-ruimtes als zones waar de aanvallers over dezelfde vrijheid beschikken als de vleugelspelers, bij fouten meer op doel gericht zijn en zo extra gevaarlijk worden. Het is door die visie dat ik ook mijn eigen spel laat inspireren, om met mijn aanvallers overtal te creëren, waardoor ik het blok van de tegenstander dwing om de vleugelspelers te vergeten. Met hoge pressing creëer ik gevaar dichtbij de verdediging, terwijl ik ver van mijn eigen doel speel. Om me niet te laten verrassen door snelle tegenaanvallen, heb ik mijn spelers geselecteerd op snelheid, met ook telkens één speler in de as van mijn spel die zich onderscheidt door zijn spelinzicht en zijn splijtende passes.
Football Manager heeft mijn danssolo niet rechtstreeks gevoed, maar is wel een uitbreiding van mijn onderzoek naar beweging in de ruimte, en speelt dus indirect toch mee in hoe ik dans. Mijn vrienden lachen vaak met deze kleine verslaving, ontwikkeld tijdens de lockdown, waarover ik praat als over een les filosofie.
Soms verwijt ik kunst, en bij uitstek dans, dat ze niet genoeg vocabulaire ontwikkeld heeft om de kwaliteiten van het bewegende subject in te vangen. Haar taal voor beweging is naar mijn gevoel nog sterk gebaseerd op mimetisme en te weinig op vormelijke definities van wat we zien. Bekijk de beelden uit Football Manager: zij analyseren een speler uit mijn virtuele ploeg heel anders.
Eén inspiratiebron voor mijn volgend project worden ‘niet-euclidische videospellen’, waarin de ruimte anders werkt dan in onze werkelijkheid. Videospellen fascineren me omdat ze een universum openbaren dat ook educatief kan gaan werken. Mijn hersenen duiken in een andere tijd. Ik koppel de regels van het scherm aan elkaar en dompel me onder in een fictie met de realiteit van nieuwe wetten.



